Gemeenschappelijke Regeling vraagt om samen investeren!
Gemeenten realiseren hun doelen op verschillende wijzen: zelf doen, de realisatie bij een marktpartij uitbesteden, subsidie verstrekken, of in samenwerking met andere partijen -zoals andere gemeenten- uitvoeren. Jaarlijks besteden gemeenten ruim €10 miljard aan samenwerkingsverbanden.
Het overgrote deel in een vorm die alleen de overheid kent, een gemeenschappelijke regeling (GR). Een GR is een zelfstandige organisatie. Redenen om taken samen met andere gemeenten in een GR onder te brengen zijn efficiency, verwerven en bijeenbrengen van voldoende kennis en expertise, wettelijke regelingen en spreiding van politieke en financiële risico’s.
Ook al is samenwerken in een GR verleidelijk of noodzakelijk, het blijft complex. Want ook als de taken zijn ondergebracht bij een GR, blijft de gemeente verantwoordelijk voor de opdrachtverlening, de aansturing en de controle daarop. Dat verloop niet altijd succesvol.
De hamvraag bij uitbesteding aan een GR is hoe de gemeente effectief en kwalitatief invulling geeft aan die verantwoordelijkheid, aan de effecten en aan de resultaten. Uit het onderzoek, uitgevoerd door André van der Leest samen met Robert Hielckert, blijkt onder andere het volgende:
- 40% van de onderzochte gemeenschappelijke regelingen kent jaarlijks budgetoverschrijdingen. Die moeten achteraf worden opgebracht door de gemeenten, ook al hebben zij daaraan vooraf geen toestemming gegeven.
- Alle actoren – gemeenteraden, wethouders, ambtenaren en GR-en zelf – zijn van mening dat er onvoldoende inzicht is in de effecten (outcome).
- De toegevoegde waarde van de GR motiveert de partners niet altijd om bij te dragen aan de samenwerking.
- Hoe langer de GR bestaat en hoe meer gemeenten deelnemen, des te minder tevreden men is. Dat is verklaarbaar. De gemeente geeft een deel van zijn bevoegdheden aan een organisatie, waarin zij niet de volledige zeggenschap heeft. Er doen immers ook andere gemeenten mee, die ook een deel van de zeggenschap hebben. Iedere gemeente heeft dus het gevoel dat zij iets “weggeeft”.
Er is vaak sprake van een zekere spanning tussen de rollen. De gemeente heeft drie belangrijke rollen bij de GR:
- De gemeente is opdrachtgever/klant van de GR
- De gemeente is bestuurder en mede-eigenaar van de GR organisatie
- De gemeente is (met de raad) ook toezichthouder
De gemeente zal het beleid van de GR mede moeten bepalen in plaats van het exclusief zelf kunnen beslissen over het geheel. Dat mede-bepalen geschiedt veelal doordat wethouders of burgemeester deel uitmaken van het algemeen of dagelijks bestuur van de GR. In het bestuur van de GR moeten zij echter het belang dienen van de GR. Zij zitten daar niet als opdrachtgever maar als deelnemer en toezichthouder. Dat is de spagaat van de verantwoordelijke wethouder.
Er staat ook een spanning op de relatie met de Gemeenteraad, als orgaan dat invulling wil geven aan de behoeften van inwoners, maar feitelijk geen rechtstreekse zeggenschap heeft. Het politiek belang en daarmee de risico’s zijn groot. Immers de taken van die GR hebben vrijwel altijd rechtstreekse impact op de inwoners van de gemeente. Vaak gaat het om de uitvoering van taken die grote financiële verplichtingen en daarmee risico’s met zich mee brengen. De gemeente (de raad) is daarmee tevens de facto de toezichthouder op de GR.
Tussen de deelnemende gemeenten en de GR organisatie ontstaat ook spanning. Iedere gemeente wil door de samenwerking immers de eigen doelstellingen behalen en invloed uitoefenen. Dat vergt goede samenwerking met de GR en met andere gemeenten.
De conclusie van het onderzoek:
Goed samenwerken met de GR organisatie en met de andere gemeenten is leuk en noodzakelijk. Het is vooral hard werken. Nakomen van budgettaire afspraken, goede communicatie en effectmeting versterken bovendien het draagvlak voor een professionele gemeenschappelijke regeling.
Wilt u het uitgebreide rapport ontvangen? Stuur een mail naar info@innovistra.nl
Hoe verder?
Voor een optimale werking van een GR bieden wij ondersteuning op de volgende gebieden:
- Kwaliteit van de samenwerking: de samenwerking vraagt onderhoud, evaluatie en continue ‘bij de les blijven’. Daarnaast moeten ook afspraken gemaakt worden over de te realiseren doelstellingen (opdrachtgeverschap), de aansturing en governance. Dit is de basis van de GR.
- Financiële beheersing en risico’s: naast gebruikelijke rapportages worden ook de te verwachten ontwikkelingen in beeld gebracht o.a. m.b.v. big data
- Resultaten: naast deelnemersaantallen ook de effecten in beeld: van output naar outcome.
Een afspraak voor een vrijblijvend gesprek om na te gaan welke ondersteuning mogelijk is kan via de mail of telefoon.
Innovistra
Drs André van der Leest MA
M.E.L. Westenburgstraat 13
4145 NB Schoonrewoerd
KvK nr: 67658687
E : andre@innovistra.nl
M : 06 54318395